geplaatst op 15 juli 2021 in categorie: Alles, Over het samenwerkingsverband
1. School en ouders constateren dat er is sprake van specifieke onderwijsbehoeften naast de behoeften voortkomend uit de hoogbegaafdheid. Ondanks eerdere inspanningen en aanpassingen in de onderwijsleersituatie kan er niet in voldoende mate worden afgestemd op de onderwijsbehoeften van de leerling. De eerdere inspanningen zijn vastgelegd in het OPP van de leerling, inclusief effecten van de geboden hulp (zowel product als proces evaluatie).
2. De school doet een aanvraag bij het SWV voor een TLV inzake HB- dubbel bijzonder (plaatsing Lavoor HBG+).
3. Het SWV beoordeelt de aanvraag. Hierbij wordt gekeken naar:
a. Is er sprake van specifieke onderwijsbehoeften naast de onderwijsbehoeften voortkomend uit de hoogbegaafdheid?
b. Heeft de basisschool voldoende (passende) aanpassingen gedaan?
c. Is de leerling aangewezen op voltijds HB onderwijs voor leerlingen met een bijkomende gedragsproblematiek?
d. Passen de onderwijsbehoeften van de leerling bij de ondersteuningsmogelijkheden van Lavoor, zoals vastgelegd in het schoolondersteuningsprofiel voor deze groep?
4. De toelaatbaarheidsverklaring wordt in principe afgegeven voor de resterende duur van de schoolloopbaan in het PO, tenzij er specifieke redenen zijn hiervan af te wijken. In de beschikking wordt hiervoor de argumentatie gegeven.
5. Na het verstrekken van een toelaatbaarheidsverklaring nemen de ouders contact op met Lavoor HBG+ om hun kind aan te melden.
Procedure na plaatsing op SBO Lavoor HBG+
De toelaatbaarheidsverklaringen voor SBO Lavoor HBG+ worden in principe afgegeven voor de duur van de schoolloopbaan. Net als bij andere scholen in het speciaal basisonderwijs wordt regelmatig door de school zelf beoordeeld of plaatsing van de leerling op deze school nog noodzakelijk is. Het uitgangspunt van thuisnabij onderwijs blijft nagestreefd worden. Dat betekent dat de tijdelijkheid van de plaatsing wordt met ouders besproken, zowel door de verwijzende school als door Lavoor, als de kinderen daar starten. De verwijzende school of een andere school waar de ouders een mogelijke terugplaatsing graag gerealiseerd zien blijft gedurende het traject betrokken door middel van het bijwonen van besprekingen.
Ter afsluiting
Omdat voor plaatsing op Lavoor HBG+ een toelaatbaarheidsverklaring nodig is, is het van belang om in communicatie met de ouders duidelijk te maken dat er:
– Geen sprake is van een vrije toegang tot de afdeling HBG+ bij Lavoor;
– Geen toegang verkregen kan worden op basis van onderzoeken van derden, die een dergelijke plaatsing voor stellen;
– Terughoudend moet worden omgegaan met ‘kennismakingen’ op Lavoor HBG+ vóórdat er een toelaatbaarheidsverklaring is afgegeven.